Hot - Lampang, 115 km

Vandaag een wat kortere reis. Da's in elk geval de bedoeling. Eerst maar even ontbijten. Spaarzaam, op z'n best. De gastvrouw heeft geen borden neergezet, dus ik leg mijn lichtgewicht toastjes maar op een servertje. Een kop warme soep is er ook, die smaakt prima. De vogels kwetteren luid, een van de honden komt zo af en toe een aai halen. Om 09.00 op pad. Het is soepel rijden, zoals altijd op prima wegen, nu alleen zonder bergbochten. Ik heb alle tijd dus ik stop bij een oud klein tempeltje. Met een foto heb je 't alweer gezien. Soms zijn tempels prachtig in glitter en pracht en praal, deze is sober. Na een tijdje zie ik aan de linkerkant naast de weg een witte buddha opdoemen. Ik draai het complex op. Er staat in het begin een witte tempel, verderop staan nog meer tempels. De witte tempel herbergt een witte buddha op een roze suikertaart. Bijzonder. Ik wandel over het complex. Veel andere tempeltjes. Als tuinversiering worden kleurig geschilderde autobanden gebruikt. Aan het dak van een tempel hangt een enorm bijennest. Vanuit de witte tempel heb ik een mooi uitzicht over de laagvlakte, met bergen aan de horizon. Tegen twaalven ben ik bij het hotel. Het is weer bijzonder. De overdekte binnenplaats is parkeergarage, waardoor je dus eigenlijk boven een parkeerplaats slaapt. Alle mooie planten zijn van plastic. De kamer ziet er goed uit en hij ruikt lekker. Vreemd, dat zoiets zo direct sfeerbepalend kan zijn. Ik wil vanmiddag naar een heel hoge tempel, op een uur rijden. Ik ga op pad. Na zo'n 65 km en nog 3 te gaan word ik bij het zijweggetje waar ik in wil weggestuurd door een wild zwaaiende meneer. Hierdoor kom ik bij een andere tempel, waar ik niet wilde zijn. Ik besluit de ronde nog een keer te rijden, Na een leuke omweg kom ik verdorie weer bij die zwaaiende meneer terecht. Ik besluit het op te geven. Als het niet gaat zoals het moet ... Het is inmiddels na drieën en ik besluit gewoon weer richting Lampang te rijden. Ik heb vakantie, ik moet nergens heen. Een korte stop bij een olifanten-sanctuary. Ik kijk er buiten even rond en besluit niet naar binnen te gaan. Dat geld verdienen met olifanten zou eens uit de wereld moeten zijn. Natuurlijk heb ik het vroeger ook gedaan, op een olifant gereden en zo, maar het is niet meer voor mij. En ja hoor, het zal wel weer een marktje worden... Deze handelt naast voedingswaar ook in veel planten. Prachtig. Ook de uitgestalde eet-onderdelen zijn weer een lust voor het oog. Je zou bijna zin hebben om te koken! Thuis is de dag voor mijn reis mijn tondeuse overleden. Hier scoor ik er gewoon een. Cordless clipper staat er op de doos. Hij heeft wel een snoer, gelukkig. De vorige heeft het zo'n 20 jaar uitgehouden, eens kijken wat deze doet. Ik drink hier ook een welkome americano, wat over de wereld de naam schijnt te zijn voor zwarte koffie. Rond zessen ben ik terug op honk. Ik wandel naar de BigC, de shopping mall om de hoek. Ik scoor een poloshirt en een biertje voor straks. De maaltijd is een spicy pork pasta, met veel lekkere kruiden en heel dikke zachtgebakken stukken spek erin. Voldaan weer naar de parkeergarage. Tijd om wat te rusten en dit verhaaltje te schrijven. Het was, ondanks de gemiste tempel, weer een fijne dag.